Onderzoek arbeidsvoorwaarden overheid: En de winnaar is … de provincie

Het hoogste maandsalaris, de meeste verlofuren en het grootste scholingsbudget. Uit onderzoek van PM komt de provincie als de royaalste overheidswerkgever naar voren. Met een gemiddeld salaris van 3.586 euro verdient een ambtenaar bij de provincie maandelijks ruim 500 euro meer dan een rijksambtenaar. Ook in secundaire arbeidsvoorwaarden zijn er soms forse verschillen tussen de drie overheidssectoren rijk, provincie en gemeente.

Provincieambtenaren gaan maandelijks met het hoogste salaris naar huis: bijna 3.600 euro verdienen ze gemiddeld. Dat is flink meer dan een ambtenaar bij de gemeente (3.103 euro) of het rijk (3.077 euro) gemiddeld verdient. Niet zo gek misschien dat 70 procent van de provincieambtenaren dan ook tamelijk of zeer tevreden is met het salaris, tegen 61 procent tevreden ambtenaren bij rijk en gemeente. Opmerkelijk genoeg werkt er bij de provincie geen enkele ambtenaar die meer verdient dan de norm waarboven het inkomen gepubliceerd moet worden (169.000 euro in 2007). Bij de rijksoverheid werken 25 ambtenaren en bij gemeenten 13 ambtenaren met een topinkomen.
Provincieambtenaren hebben de beste secundaire arbeidsvoorwaarden. Zo hebben ze de meeste verlofuren: 180 uur per jaar. Een stuk meer dan bij gemeenten (158,4) en het rijk (156,6). Als een provincieambtenaar ziek wordt, krijgt hij het eerste jaar 100 procent doorbetaald. Een zieke werknemer van de gemeente heeft maar een half jaar recht op het volle pond en gaat er na zes maanden 10 procent op achteruit. Of het met het riante verlof samenhangt weten we niet, maar bij de provincie werken de gezondste ambtenaren. Het ziekteverzuim is er slechts 4,7 procent tegen 5,6 en 5,5 procent bij rijk en gemeenten.
Als een ambtenaar kortdurend verlof wil opnemen om bijvoorbeeld een zieke partner te verzorgen, is de provincie een stuk coulanter dan de gemeente. In beide sectoren kan tien dagen kortdurend zorgverlof worden opgenomen, maar bij de provincie wordt dit volledig doorbetaald en de gemeente betaalt slechts de helft. De provincie scoort minder als oudervriendelijke werkgever. Het ouderschapsverlof is begin van dit jaar afgeschaft. Provincieambtenaren worden geacht dit nu zelf te bekostigen via de levensloopregeling. Bij rijk en gemeenten krijgen ouders nog wel een vergoeding als ze verlof opnemen.
Met ruim 13.000 ambtenaren is de provincie veruit de kleinste overheidssector. Bij het rijk werken ruim 123.000 ambtenaren en bij de gemeenten bijna 180.000. Hoewel provincies echte machobolwerken zijn – 63 procent van de werknemers is man – is het aantal ambtenaren dat in deeltijd werkt maar liefst 40 procent: dat mag best opmerkelijk worden genoemd. Bij het rijk werkt slechts 26 procent van alle ambtenaren in deeltijd en bij gemeenten 37,1 procent.
Of het aan de goede arbeidsvoorwaarden ligt, is niet bekend, maar provincieambtenaren zijn het meest honkvast. Zij werken gemiddeld 13,7 jaar bij dezelfde provincie. Opvallend is dat slechts 5 procent van de instromers bij een provincie van een andere provincie afkomstig is. Ruim een vijfde van alle provincie-instromers komt bij een andere overheidssector vandaan en maar liefst 74 procent van buiten de overheid.

FEITEN & CIJFERS:

Aantal ambtenaren
In totaal werken er bij rijk, gemeenten en provincies ruim 315.000 ambtenaren, van wie 123.171 bij het rijk, 13.180 bij de provincies en 178.960 bij de gemeenten.

Provincieambtenaar verdient het meest
Een algemeen assistent in dienst van een provincie verdient het laagste salaris: tussen de 1.281 en de 1.621 euro (schaal 1). Het hoogste salaris wordt opgestreken door een secretaris-generaal in dienst van de rijksoverheid: in 2007 is dat 8.745 euro per maand (schaal 19). Veruit het hoogste gemiddelde maandsalaris wordt bij de provincie verdiend: 3.586 euro, tegenover 3.103 bij de gemeente en 3.077 euro bij het rijk.

Rijk telt meeste topinkomens
Bij de rijksoverheid werken 25 topambtenaren die boven het salaris van de ministers uitstijgen. Dit zijn elf van de veertien SG’s, het hoofd AIVD, een aantal DG’s en drie medewerkers van Defensie. De toenmalige commandant der strijdkrachten Dick Berlijn strijkt dat jaar het meeste op: zijn salarisstrookje meldt een bedrag van 203.966 euro.

Grootverdieners in Rotterdam
In 2007 verdienden dertien gemeenteambtenaren meer dan het gemiddelde ministerssalaris van 169.000 euro. Onder hen zeven directeuren van de bestuursdienst Rotterdam. Hun inkomen varieert van 169.100 tot 182.453 euro.

Provincie piekt niet
Geen enkele provincieambtenaar verdient in 2007 zoveel dat het salaris vanwege de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt) gemeld moet worden. Vier commissarissen van de koningin komen dat jaar boven de 169.000 euro uit: Jan Franssen (Zuid-Holland), Ed Nijpels (Friesland), Hanja Maij Weggen (Noord-Brabant) en Harry Borghouts (Noord-Holland).

Een maandje of acht ziek?
Dan kunt u maar het beste bij het rijk of de provincie werken. Daar krijgt u het eerste jaar 100 procent van het salaris doorbetaald. Bij gemeenten ontvangt u slechts een half jaar het volle pond. Daarna wordt het 90 procent en na een jaar zakt het naar 75 procent. Bij rijk en provincies ontvangt u in het tweede jaar overigens maar 70 procent. Na twee jaar is dat over. Zoals voor alle werknemers in Nederland geldt, volgt ook in de overheidssectoren ontslag wegens arbeidsongeschiktheid en komt u in de WIA terecht.

Kind op komst? Vertrek bij de provincie
Met ingang van 2009 is het ouderschapsverlof bij de provincie afgeschaft. Ambtenaren worden geacht dit zelf te bekostigen via de levensloopregeling. Ouders werkzaam bij het rijk en gemeente mogen maximaal een kwart van het aantal jaarlijks te werken uren opnemen om voor hun kinderen te zorgen. Rijksambtenaren zijn daarbij beter af: zij krijgen 75 procent doorbetaald. Ambtenaren bij gemeenten moeten het met 50 procent doen. In beide gevallen is dit inclusief de fiscale ouderschapsverlofkorting.

Partner ziek? Gemeente geeft half geld
Als uw kind, partner of ouder ziek is en hulp is noodzakelijk, dan kunt u bij alle overheidssectoren maximaal tien dagen kortdurend zorgverlof opnemen. Bij rijk en provincie krijgt u volledig doorbetaald, gemeenten schepen u af met 50 procent.

Meeste vakantiedagen in de provincie
Provincieambtenaren hebben 180 verlofuren per jaar. Met ingang van 2008 krijgen de oudere medewerkers ‘taakverlichting door werktijdvermindering’. Hoe ouder, hoe meer verlof geldt al langer niet meer bij het rijk, waar ambtenaren 156,6 uur verlof per jaar kunnen opnemen. Gemeenteambtenaren moeten het doen met 158,4 uur.

Fietsen levert geld op bij het rijk
Om fietsen te stimuleren ontvangen rijksambtenaren een vergoeding van 16 cent per kilometer als zij per fiets naar het departement komen. Hier zit wel een maximumbedrag aan van 315,82 euro, wat neerkomt op zo’n 2.000 fietskilometers per maand, oftewel zo’n 100 (!) kilometer per dag (bij een vijfdaagse werkweek). Ooit zo’n sportieve ambtenaar gezien?

Een leven lang leren
Het scholingsbudget voor provincieambtenaren is het meest royaal: per fte wordt er gemiddeld 1.333 euro per jaar aan uitgegeven. Rijksambtenaren mogen jaarlijks voor 1.297 euro aan cursussen volgen en bij gemeenten is het scholingsbudget per fte 1.016 euro.

Fermste gouden handdruk in Beverwijk
Maar liefst 25 gemeenteambtenaren ontvangen in 2007 zo’n riante ontslagvergoeding dat ze boven het gemiddelde ministerssalaris uitkomen. Een lid van de concernstaf van de gemeente Beverwijk krijgt bij zijn vertrek op 1 januari 2008 ruim vier ton mee. Dit bedrag is inclusief een verplichte strafheffing van 26 procent (een extra belastingheffing die voor rekening van de werkgever komt). Hierdoor komt zijn jaarsalaris op 485.899 euro.
Bij het ministerie van BZK vertrekt in 2007 een directeur die inclusief ontslagvergoeding op een jaarsalaris van 256.594 euro komt.
De provincie Flevoland stuurt twee beleidsdirecteuren de laan uit met een gouden handdruk en in Limburg staat een ‘senior’ halverwege het jaar op straat met een zak met geld ter waarde van 228.313 euro. Zijn (of haar) jaarsalaris komt daarmee op een kleine drie ton.

Provincieambtenaar meest honkvast
Met een gemiddeld aantal dienstjaren van 13,7 zijn ambtenaren werkzaam bij provincies het meest honkvast. Gemeenteambtenaren zitten slechts 10,3 jaar op een plek en rijksambtenaren blijven 13,6 jaar op dezelfde stek.

Meest contente werknemer in de provincie
61 Procent van de provincieambtenaren is in 2007 tamelijk of zeer tevreden met de organisatie tegen 57 procent van de ambtenaren bij het rijk en gemeenten. Met de primaire arbeidsvoorwaarden zijn ambtenaren werkzaam bij de provincie ook het meest content: 70 procent is tamelijk of zeer tevreden met het salaris. Bij rijk en gemeente komt dit percentage niet verder dan 61 procent.

Gezondste ambtenaren bij de provincie
Het ziekteverzuim bij rijk en gemeenten ontloopt elkaar niet veel: in 2007 liggen de percentages respectievelijk op 5,6 en 5,5 procent. Bij de provincies werken de meest gezonde ambtenaren: het ziekteverzuim komt niet verder dan 4,7 procent.

Het rijk is jong
De gemiddelde leeftijd bij de rijksoverheid is 43,2 jaar (2007). Bij gemeenten ligt dit op 44,8 jaar. De oudste ambtenaren werken bij de provincie: de gemiddelde leeftijd is 45,6 jaar.

Vrouwvriendelijkheid troef bij gemeenten
43,7 Procent van de gemeenteambtenaren is vrouw. Bij het rijk werken iets minder vrouwen (41,7 procent). De provincies zijn de grootste mannenbolwerken: maar liefst 63 procent is man (oftewel slechts 37 procent is vrouw)

Provincieambtenaren kampioen deeltijdwerken
Maar liefst 40 procent van de provincieambtenaren werkt in deeltijd. Het verschil tussen de provincies is enorm: in Utrecht en Drenthe werkt meer dan de helft van de ambtenaren in deeltijd. In Zuid-Holland slechts 31,5 procent. 37,1 procent van de gemeenteambtenaren werkt in deeltijd en slechts 26 procent van alle rijksambtenaren.

Weinig interne mobiliteit
Van alle instromers bij een provincie komt maar 5 procent van een andere provincie. Een vijfde van de instromers is afkomstig van een andere overheidssector en maar liefst 74 procent komt van buiten de overheid. Bij het rijk komt zelfs 79 procent van buiten, 11 procent van een ander departement en 10 procent van een andere sector. Interne mobiliteit komt vooral voor van de ene gemeente naar de andere: 25 procent van alle instromers komt van een andere gemeente, 9 procent van de instromers bij een gemeente komt bij rijk of provincie vandaan en 67 procent van buiten de overheid.

DE ONDERHANDELAAR
Jan Willem Dieten (Abvakabo FNV)

‘Elke overheidssector heeft zo zijn eigen dynamiek,’ vertelt Jan Willem Dieten in zijn kantoortje van het hoofdgebouw van Abvakabo FNV in Zoetermeer. De sectorbestuurder rijk kan het weten: hij loopt al heel wat jaartjes mee in het onderhandelingscircuit. In 2007 sloot Dieten voor en namens de rijksambtenaren een vierjarige cao af met minister Ter Horst (BZK). ‘Vorig jaar dacht ik eventjes dat de looptijd te lang was, maar nu overal om de nullijn wordt geroepen, ben ik er erg blij mee dat de rijkscao nog tot eind 2010 geldt.’ Zijn collega Ruud Kuin, in het kantoor naast hem, zit momenteel tot over zijn oren in de onderhandelingen. De gemeente-cao loopt eind mei af en er moeten nieuwe afspraken worden gemaakt. De VNG wil de lonen voor gemeenteambtenaren bevriezen, maar daar is de vakbond het, vanzelfsprekend, niet mee eens: ‘Absoluut onbespreekbaar en onbestaanbaar,’ zo liet de bond onlangs weten. Dat neemt niet weg dat het kabinet reeds 3,2 miljard aan besparingen heeft ingeboekt voor volgend jaar door het hanteren van de nullijn voor salarissen in de collectieve sector bij onderhandelingen over nieuwe cao’s. Ook provincieambtenaren krijgen daarmee te maken. Hun cao loopt in juni van dit jaar af en de onderhandelingen zullen weldra van start gaan.
De provincie valt als bestuurslaag minder op, zegt Dieten. ‘Ze opereert meer in de luwte. De confrontaties zijn er minder hard, bovendien kennen provincies een goede financiële positie en dus verlopen de onderhandelingen over het algemeen soepeler dan bij rijk en gemeenten.’ Omdat gemeenten zo dicht op de burger zitten, is er zichtbaarder concurrentie met voorzieningen. ‘Plaatsen we nieuwe lantaarnpalen of doen we het salaris omhoog, is de vraag die gemeenten zich moeten stellen bij het bepalen van de arbeidsvoorwaarden,’ aldus Dieten. Ook moeten er tussen gemeenten verschillen worden gepermitteerd. ‘Amsterdam is nu eenmaal anders dan Aalten,’ zegt de vakbondsbestuurder.
Het ministerie van BZK houdt goed in de gaten dat de arbeidsvoorwaarden bij de overheid niet teveel van elkaar verschillen. ‘De minister coördineert strak: ze zorgt ervoor dat alle werkgevers in de pas lopen,’ zegt Dieten die dat een prima ontwikkeling vindt. ‘Dat is goed voor de mobiliteit. We willen dat ambtenaren vrij gemakkelijk stappen kunnen zetten in hun loopbaan, ze moeten eenvoudig kunnen switchen.’

DE OVERSTAPPER
Bernard Mencke (van gemeente Assen naar provincie Overijssel)

Al 24 jaar is Bernard Mencke gemeentesecretaris. Eerst in Diepenveen (Overijssel) en Wijchen (Gelderland) en de afgelopen tien jaar in de Drentse hoofdstad Assen. Op 1 juni maakt hij de overstap naar de provincie Overijssel waar hij als hoofd van de eenheid Zorg en Cultuur aan de slag gaat. De 55-jarige Mencke maakt een zogeheten ‘horizontale overstap’. Qua salaris gaat hij er niet op vooruit en de rest van de arbeidsvoorwaarden zijn vergelijkbaar met die bij de gemeente, denkt Mencke. ‘Ik switch van baan puur vanwege de inhoud,’ reageert hij. Dat de provincie een reiskostenvergoeding kent, heeft ‘een klein beetje meegespeeld’ in zijn overweging straks elke dag op en neer te reizen van zijn woonplaats Assen naar het provinciehuis in Zwolle. ‘Het is niet zo dat ik de baan niet had gewild als er geen reiskostenvergoeding was geweest, maar dan had ik een ander soort salarisgesprek gevoerd,’ zegt Mencke.
In zijn omgeving ziet hij maar weinig ambtenaren die dezelfde switch als hij maken. Andersom wel. ‘Hier in Assen zijn een paar mooie voorbeelden van ambtenaren die van de provincie naar de gemeente zijn overgestapt. Daar zijn we heel blij mee, omdat ze veel kennis van bijvoorbeeld ruimtelijke ordening meebrengen.’ Dat er meer mensen overstappen van provincie naar gemeente dan vice versa, begrijpt de gemeentesecretaris wel. ‘Werken bij een gemeente werkt verslavend. Je staat dicht bij de maatschappij.’

Verantwoording
Tenzij anders vermeld hebben de gegevens betrekking op 2007, omdat de meeste cijfers over 2008 nog niet gepubliceerd zijn.

Bronnen
Personeels- en Mobiliteitsonderzoek 2008, ministerie van BZK, september 2008
Kerngegevens overheidspersoneel 2007, ministerie van BZK, verschijnt binnenkort
Wopt-overzicht 2007, ministerie van BZK, december 2008
Salarisniveaus Overheidspersoneel 2008 (met peildata in 2007), ministerie van BZK
Onderhandelaarsakkoord cao rijk 2007-2010
Collectieve arbeidsvoorwaardenovereenkomst provincies 2007-2009
Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling en uitwerkingsovereenkomst gemeenten 2007-2009
Sociaal Jaarverslag Rijk 2007
Personeelsmonitor Provincies 2007
Personeelsmonitor Gemeenten 2007
Komen, gaan en blijven. Hoe medewerkers denken over het werk bij de gemeente, A+O fonds Gemeenten, 2007

Verschenen in PM, 17 april 2009

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s