Roel Bekker: ‘De Tweede Kamer moet haar verantwoordelijkheid nemen’

Bij een volgende stap naar een beter functionerende overheid gaat het niet alleen om de ambtelijke dienst, maar over het gehele bestuurlijke systeem, vindt SG Vernieuwing Rijksdienst Roel Bekker. Ook de Tweede Kamer zou eens goed naar zichzelf mogen kijken. ‘De politiek heeft nogal de neiging te bureaucratiseren.’

Het programma Vernieuwing Rijksdienst is ruim over de helft en Roel Bekker is over het algemeen tevreden over de voortgang ervan. Een van de projecten waar het komend jaar de nadruk op komt te liggen, is De Overheid van de Toekomst. Want hoe moet het verder als Bekkers programma over een kleine twee jaar voorbij is? Zal een volgend kabinet weer een nieuwe taakstelling afkondigen? ‘Aan het bereiken van een kleinere en betere overheid zitten grenzen,’ antwoordt Bekker stellig. ‘Er kan niet elke kabinetsperiode opnieuw een taakstelling worden opgelegd. Dan houd je geen ambtelijke dienst over.’ Ook aan het verbeteren zit een grens, vervolgt hij. ‘Op een gegeven moment ben je aan het eind van je Latijn en kun je alleen nog maar marginale veranderingen doorvoeren.’
Een eerste aanzet in de discussie gaf minister Ter Horst (BZK) vlak voor de zomer ter gelegenheid van het vertrek van Jos van Kemenade als voorzitter van de Raad voor het Openbaar Bestuur. In haar speech haalde de minister instemmend Herman Tjeenk Willink aan, de vicepresident van de Raad van State, die vaak wees op de verambtelijking van het politieke domein als een probleem in het openbaar bestuur. ‘Ik denk dat hij daarin gelijk heeft,’ zegt Bekker. ‘De politiek heeft nogal de neiging te bureaucratiseren. Er wordt snel een commissie ingesteld en dan volgt een ambtelijk rapport. Je kunt je ook voorstellen dat de politiek niet achterover leunt, maar er zelf eerst eens over gaat praten alvorens een commissie in te stellen.’ Aan de andere kant reageert de Tweede Kamer volgens Bekker te vaak op incidenten. Hij weet nog goed dat hij SG op het ministerie van VWS was en de herziening van het zorgstelsel op de agenda stond. ‘Het aantal ad hocdiscussies nam op dat moment enorm af. De Kamer vindt het ook leuker om met hoofdlijnen bezig te zijn in plaats van met een ziekenhuis dat in opspraak raakt.’ Bekker liet destijds bijhouden wat de bijdrage van VWS was aan de ‘omzet’ van de Tweede Kamer. ‘Dat lag altijd rond de 20 procent, maar daalde naar 16 procent toen we met het zorgstelsel aan de slag waren. Iedereen was bezig met het grote debat. Dat kostte wel veel tijd, maar het aantal spoeddebatten en Kamervragen nam aanzienlijk af.’

Hoofdlijnen
Ook Ter Horst constateert in haar speech dat de politiek zich wel wat meer met de hoofdlijnen mag bezighouden. Bekker illustreert dat met een ander voorbeeld, afkomstig uit de zelfreflectie van de Tweede Kamer. ‘Vijf jaar geleden zette officier van justitie Tonino zijn oude computer bij het vuilnis. Dat was in dezelfde week dat er een notitie uitkwam over het vervolgingsbeleid van het Openbaar Ministerie. Wat gebeurde er? De Tweede Kamer sprak alleen nog maar over Tonino en de notitie kreeg veel minder aandacht.’ De SG zou dat graag anders zien. ‘De politiek moet weer politiek worden.’ Maar, vervolgt Bekker, ‘ik ga natuurlijk niet over de werkwijze van de Kamer. Ik ben bezig met de vernieuwing van de rijksdienst. De Kamer moet zelf haar verantwoordelijkheid nemen.’
PvdA-Kamerlid Pierre Heijnen pakt die handschoen graag op. ‘De Kamer is in zekere zin een weerspiegeling van de organisatie van de rijksoverheid, kijk maar naar onze commissies die zijn onderverdeeld naar departement,’ aldus Heijnen. ‘Die structuur zouden we best eens kunnen herzien, met een wat meer themagerichte indeling bijvoorbeeld.’ De Kamer heeft hier een paar jaar geleden al eens mee geëxperimenteerd, maar Heijnen is niet helemaal gelukkig met de resultaten die bijvoorbeeld de themacommissie Ouderenbeleid heeft geboekt. ‘Er is destijds geen koppeling gelegd met de concrete politieke beleidspraktijk. Dat is jammer. Als er ook was gekeken naar onderwerpen als langer doorwerken, de fiscalisering van de AOW en de zorgvraag van ouderen, dan was het een stuk relevanter geweest.’ Heijnen ziet wel iets in een themacommissie voor obesitas. Ook zou hij graag zien dat de Kamer wat meer een rol speelt in de verkenningen die Defensie momenteel uitvoert. ‘We moeten bij dit soort onderwerpen meer de lead ¬nemen,’ aldus de PvdA’er. Dat betekent dat de Kamer iets meer een meebesturende rol aanneemt en iets minder controlerend wordt. ‘Dat past in een situatie waarin veel beleid gedecentraliseerd wordt,’ meent Heijnen.
Als CDA-parlementariër Jan Schinkelshoek wordt gevraagd naar de rol die de Kamer speelt in relatie tot de overheid van de toekomst, steekt hij eerst een monoloog af over de status van het programma Vernieuwing Rijksdienst. ‘Met de verkleining van het apparaat komt het wel goed,’ denkt hij. ‘Maar in de echte vernieuwing heb ik wat minder vertrouwen.’ Er moet volgens Schinkelshoek op ambtelijk niveau veel meer worden samengewerkt. ‘Er zijn nog steeds te veel kokers.’ De Kamer moet wat hem betreft het goede voorbeeld geven. ‘We hebben afgesproken dat we meer eigen onderzoek gaan doen, dwars door alle structuren heen. We moeten nog maar zien of dat ervan komt, maar ik zit er bovenop.’ •

+++++++

SG’S NAAR DE KAMER?
Dat het zo lastig is Den Haag te ontkokeren, komt onder meer door het fenomeen van de individuele ministeriële verantwoordelijkheid. Maar nergens is vastgelegd hoe die politieke verantwoordelijkheid werkt. In artikel 44 van de Grondwet staat dat een minister belast is met het leiden van een ministerie. De politieke verantwoordelijkheid wordt bepaald door het vertrouwen dat een minister geniet in de Kamer. ‘De Kamer kan daarin ver gaan,’ zegt SG Roel Bekker. ‘Zij kan een bewindspersoon verantwoordelijk stellen voor iets waar hij of zij niets aan kan doen.’
Bekker is er voorstander van dat ambtenaren meer een ‘gezicht’ krijgen. ‘Onbekend maakt onbemind, er is veel onwetenheid over de ambtelijke organisatie en haar medewerkers. Men denkt dat we allemaal doen zoals in Yes Minister.’ Hij pleit ervoor dat ambtenaren meer ingeschakeld worden bij technische uiteenzettingen aan de Kamer. Ook is Bekker voorstander van het Angelsaksische systeem waarbij een SG zich in het openbaar verantwoordt voor de wijze waarop de ambtelijke organisatie het beleid heeft uitgevoerd.
Kamerleden reageren voorzichtig op dit pleidooi van Bekker. Schinkelshoek is mordicus tegen ambtenaren die op de stoel van een minister gaan zitten. Maar hij erkent dat het contact tussen Kamerleden en ambtenaren momenteel krampachtig verloopt. ‘Daar kunnen we best iets soepeler mee omspringen, maar dat betekent niet dat we via een omweg de ministeriële verantwoordelijkheid kunnen ondermijnen.’
Heijnen is van mening dat ambtenaren tijdens hoorzittingen aan het woord moeten kunnen komen. ‘Maar het politieke debat moet toch echt door de minister worden ¬gevoerd. Anders misken je de rol van de ambtenaar, hoe hoog in rang die zich ook bevindt.’

Verschenen in een PM Special over het programma Vernieuwing Rijksdienst, 25 september 2009

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s