Op verzoek van Vrouwen in de Media leverde ik als voorzitter van Stichting Vrouw & Media een bijdrage aan een onderzoek naar – jawel – vrouwen in de media.
‘Het onderzoek van Vrouwen in de Media laat zien dat vrouwen nog steeds ruimschoots zijn ondervertegenwoordigd als “talking head” in de media. Toch vindt driekwart van alle respondenten dat er meer vrouwen aan het woord gelaten moeten worden. Het verschil tussen vrouwelijke en mannelijke respondenten is echter groot. Slechts iets meer van de helft van alle mannen die zijn ondervraagd, is deze mening toegedaan. Daar zit hem toch een deel van de oorzaak: mannen ervaren de scheve man-vrouw verhouding veel minder als een probleem. Aangezien meer dan de helft van de respondenten in de media werkzaam is, kun je hieruit concluderen dat deze groep mannen minder actief op zoek gaat naar interessante vrouwen als bron voor hun verhaal, reportage of anderszins. En dan is het cirkeltje weer rond.
Dat vrouwen vaker de boot afhouden dan mannen is een tweede oorzaak van het feit dat er minder vrouwen in de media aan het woord komen. Mannen bluffen vaker, vrouwen zijn voorzichtiger: ‘Kan ik dat wel? Heb ik de juiste expertise in huis?’ Niet zo gek dat een journalist bij aarzeling direct naar een ander nummer in zijn adresboekje op zoek gaat. Daarom een oproep aan al die competente vrouwen, want daarvan zijn er velen: zet die bescheidenheid opzij en durf je uit te spreken!
Een derde oorzaak die ik nog wil noemen, is gelegen in het feit dat de man-vrouw verhouding op posities buiten de media ook nog steeds scheef is. Als ik voor het magazine PM een artikel schrijf over het hoger onderwijs en de vier belangenclubs hebben alle een mannelijke voorzitter, dan worden in het artikel alleen maar mannen opgevoerd als bron. Ik kan dan wel geforceerd op zoek gaan naar een vrouw, maar de voorzitter is vaak het gezicht naar buiten toe, dus dan moet je het daarmee doen. Ook op dat vlak valt zodoende nog een wereld te winnen.’
Het volledige onderzoek staat online en is hier te vinden.