De decentrale overheden krijgen door de nieuwe kabinetsplannen meer verantwoordelijkheden. Ook wordt van hen creativiteit verwacht, want het moet wel ‘met minder’. Provincies, waterschappen en vooral gemeenten zijn op hun hoede: ‘De taken worden gewoon over de schutting gegooid.’
Directievoorzitter Ralph Pans van de VNG staat te trappelen om met minister Donner van BZK in gesprek te gaan over de voornemens die het kabinet-Rutte voor de gemeenten in petto heeft. Daags voor het Kamerdebat over de regeringsverklaring heeft hij nog geen enkele bewindspersoon gesproken. ‘Na de formatie zijn ze direct met vakantie gegaan,’ aldus Pans. In aanloop naar de onderhandelingen met het kabinet heeft de VNG alvast voor elk beleidsterrein op een rijtje gezet wat de gevolgen zijn voor de gemeenten. Half oktober is deze zogeheten ‘ledenbrief’ gepubliceerd. Wat daarin staat is niet mis. ‘Het kabinet decentraliseert, maar het is volstrekt onduidelijk of gemeenten daarbij de noodzakelijke voldoende beleidsruimte krijgen,’ licht Pans toe. ‘Er gaan taken naar de lokale overheid, inclusief forse bezuinigingen. Gemeenten kunnen zo nooit de gewenste kwaliteit leveren. Dan zijn we de komende jaren alleen maar aan het uitleggen waarom bepaalde zaken niet gebeuren. Dat kan de veroorzaker beter zelf doen.’
Pans doelt op het afstoten van taken naar gemeenten op de terreinen werk, zorg en jeugd. ‘Het Rijk is pas echt geïnteresseerd in decentralisatie als het financieel in de problemen zit,’ constateert hij. Zo worden gemeenten straks verantwoordelijk voor de jeugdzorg, en wordt er tegelijkertijd driehonderd miljoen euro op bezuinigd. ‘Dat kan natuurlijk niet,’ meent Pans. ‘Als er dan wordt gedecentraliseerd, dan moeten de beoogde taakstellingen onderbouwd én realiseerbaar zijn. Dat is nu in het geheel niet het geval. De taken worden gewoon over de schutting gegooid.’
Gematigd positief
Ook algemeen directeur Gerard Beukema van het Interprovinciaal Overleg (IPO) vreest kortingen bij de voorgenomen decentralisatie van taken van het Rijk naar de decentrale overheden. Het kabinet stelt decentralisatie in het vooruitzicht bij de ruimtelijke ontwikkeling, regionale economie en natuur. Net als zijn collega van de VNG meent Beukema dat dit dan wel gepaard moet gaan met ‘meer beleidsruimte en voldoende budget’. Of het kabinet er ook zo over denkt, betwijfelt Beukema. Hij noemt de brief van staatssecretaris Bleker waarin hij de provincies sommeert onmiddellijk te stoppen met uitgaven voor de Ecologische Hoofdstructuur als voorbeeld. ‘Het investeringsbudget landelijk gebied en het budget voor de Ecologische Hoofdstructuur worden ondergebracht bij de provincie, maar dit gebeurt wel met een efficiency-korting van 25 procent. De onderbouwing hiervoor ontbreekt.’ Ook is er volgens de IPO-directeur onduidelijkheid over de toekomstige aansturing van de Dienst Landelijk Gebied. Daarnaast verbindt het kabinet op voorhand beperkingen aan de decentralisatie, aldus Beukema. ‘Het kabinet zegt “we zetten een streep door de recreatiegebieden bij de grote steden”. Daardoor worden de mogelijkheden voor provincies als gebiedsontwikkelaar beperkt. Je gaat erover of niet, hier kunnen we zelf keuzes maken.’
Toch staat Beukema gematigd positief tegenover Ruttes regeerakkoord. De positie van de provincie als ruimtelijk-economisch gebiedsregisseur wordt bevestigd en dat is een goede zaak, stelt de IPO-directeur. ‘Wij gaan ervan uit dat in het regeerakkoord onverkort wordt vastgehouden aan de provinciale kerntaken zoals die zijn vastgelegd in het bestuursakkoord 2008-2011. Bij de aangekondigde decentralisatie en taakverschuiving richting de lagere overheden ligt de focus op de kerntaken van de provincies in het ruimtelijk en economisch domein en het natuur-beleid. Dit komt overeen met het advies van de commissie-Lodders uit maart 2008 en het eerder dit jaar vastgestelde Profiel Provincies, dus wij zijn blij dat het nieuwe kabinet de door ons bepleite koers wil volgen.’
Stormvoorstel
In het regeerakkoord wordt niet getornd aan de waterschappen, het nieuwe kabinet houdt deze bestuurslaag, anders dan in de meeste verkiezingsprogramma’s het geval was, intact. Het is dan ook niet verrassend dat het akkoord in grote lijnen in goede aarde is gevallen bij de landelijke koepelorganisatie van de 27 waterschappen die Nederland telt. Jan Geluk, bestuurder van de Unie van Waterschappen (UvW) en dijkgraaf van het waterschap Hollandse Delta: ‘Wij zijn aangenaam verrast te zien dat onze input aan de informateur bijna integraal is overgenomen.’ De dijkgraaf doelt met name op het zogeheten ‘Stormvoorstel’ voor doelmatiger waterbeheer dat in november 2009 door de UvW is gepresenteerd.
Rijkstaken op het gebied van waterveiligheid worden als het aan het nieuwe kabinet ligt, overgedragen aan de waterschappen. Dit is volgens Geluk een positieve ontwikkeling: ‘Wij krijgen zo de kans om de waterschappen beter te organiseren en kunnen nu zelf een aantal ideeën uitwerken om efficiënter te gaan werken.’ De UvW–bestuurder waarschuwt echter voor te hoog gespannen verwachtingen. ‘De overdracht van taken moet leiden tot een besparing op de rijksbegroting in het Infrastructuurfonds. Het nieuwe kabinet verwacht dat we de taken in de eerste jaren financieren door in te teren op ons eigen vermogen zonder extra lastenverhoging voor de burger. Ik kan niet beloven dat burgers er op termijn niets van gaan merken.’
Ook geeft de dijkgraaf aan dat in de spoedwet Doelmatig waterbeheer al de nodige bezuinigingen zijn ingeboekt. Deze spoedwet, die betrekking heeft op de muskusrat-bestrijding en primaire waterkeringen, heeft als oogmerk per 2011 structureel honderd miljoen op de rijksbegroting te besparen. Een groot gedeelte daarvan zal afkomstig moeten zijn van de waterschappen. Op dit moment ligt de wet ter behandeling bij de Tweede Kamer. ‘Ik begrijp dat wij als waterschappen ook een bijdrage moeten leveren. Maar we willen voorkomen dat we als incassobureau fungeren. In deze wet zou ook aandacht moeten zijn voor onze nieuwe bevoegdheden. Dat zien we nu te weinig terug,’ aldus Geluk.
Een ander punt waarvan de UvW niet gecharmeerd is, betreft het voorstel voor getrapte verkiezingen. Als het aan het nieuwe kabinet ligt, zullen de waterschaps-besturen voortaan indirect worden gekozen door de gemeenteraad. ‘Wij zien het liefst directe verkiezingen,’ zegt Geluk. ‘Het waterschapsbestuur gaat over de directe leefomgeving van burgers en bedrijven, zij betalen daarvoor rechtstreekse heffingen. Hier hoort een democratisch gelegitimeerd bestuur bij. Of zoals ze het over de grens zeggen: no taxation without representation.’
Bestuurlijke drukte
Over de plannen voor de politie heeft Pans als vertegenwoordiger van de gemeenten zo zijn eigen ideeën. Dat er een nationale politie komt, is een politieke keuze waar hij wel mee zou kunnen leven. ‘Wij zijn er nooit een voorstander van geweest, maar gaan er ook geen achterhoedegevecht over voeren.’ Veel belangrijker vindt Pans het dat de politie lokaal verankerd blijft. ‘Daar moeten waarborgen voor worden opgenomen.’
Over het opheffen van de WGR-plusregio is Pans helder: ‘Dat wijzen we af.’ Hij vervolgt: ‘Die regio’s zijn een succesformule, waarom zou je daar nu weer vanaf willen?’ Volgens de VNG-baas zal er alleen maar ‘gedoe’ ontstaan over geld, want ‘waar moeten de middelen voor verkeer en vervoer dan naar toe, om maar iets te noemen?’ Dat Amsterdam en Rotterdam hun deelgemeenten moeten afschaffen, begrijpt Pans ook niet. ‘Dat is nu typisch iets wat deze gemeenten zelf beslissen. Ik snap niet welk probleem het kabinet hiermee wil oplossen. Kennelijk willen ze de bestuurlijke drukte terugdringen, maar als ze daarover gaan beginnen, dan kan ik nog wel iets anders bedenken.’
Het voornemen van het kabinet om met een voorstel te komen tot opschaling van het provinciaal bestuur in de Randstad ziet IPO-directeur Beukema als een primaire zaak voor de betrokken provincies. ‘In eerste instantie is het aan Utrecht, Flevoland, Noord- en Zuid-Holland om hierop te reageren, maar uiteraard zijn wij benieuwd hoe dit voorstel vorm gaat krijgen. De oogmerken voor de voorgenomen opschaling worden niet duidelijk uit het regeerakkoord.’ Ook vraagt Beukema zich openlijk af hoe de voorgenomen opschaling kan leiden tot vermindering van bestuurlijke drukte in de Randstad als er eveneens een Infrastructuurautoriteit wordt geïntroduceerd. ‘Dit is een verwerpelijk en onlogisch voorstel. Het past niet in de route die het kabinet kiest om nieuwe bestuurlijke verbanden te scheppen, daarmee creëer je weer extra bestuurlijke drukte.’
Dat provincies volgens het aloude principe ‘trap op trap af’ weer gaan delen in het omvangrijke bezuinigingspakket van het Rijk is volgens Beukema een goede zaak. ‘Wij begrijpen ook dat er financieel gesaneerd moet worden en dat provincies hun bijdrage moeten leveren. Ik ben blij dat er niet opnieuw een eenzijdige korting op het Provinciefonds plaatsvindt, zoals dat wel het geval was bij het vorige kabinet.’ De IPO-directeur zet nog wel een aantal vraagtekens bij de doorwerking van de overige financiële voorstellen en wil dan ook niet te vroeg juichen. ‘Prijs de dag niet voor het avond is. We moeten eerst een totaaloverzicht hebben voor we ons eindoordeel kunnen vellen. Achter de mooie volzinnen van het regeerakkoord gaat nog een hele wereld schuil.’
Groot bier
Het IPO wil de komende weken graag verkennen wat de mogelijkheden zijn voor een nieuw bestuurs-akkoord tussen het kabinet-Rutte en de provincies. Tijdens het IPO–congres in juni van dit jaar riep voorzitter Jan Franssen (Commissaris van de Koningin in Zuid-Holland) zowel de VNG als de Unie van Waterschappen op samen op te trekken en samen tot een akkoord met het kabinet te komen. ‘Het zou mooi zijn als we dit keer met de decentrale overheden samen afspraken kunnen maken met het Rijk,’ bevestigt Beukema. Geluk van de Unie van Waterschappen is van mening dat de belangen van de drie afzonderlijke entiteiten te groot zijn om samen te regelen met het Rijk. Bovendien, zegt Geluk, zou een bestuursakkoord tussen Rijk en UvW een noviteit zijn, laten we daar nu onze energie in steken.’ VNG-baas Pans wijst het gedrieën optrekken in de onderhandelingen over een nieuw bestuurs-akkoord niet op voorhand af, maar stelt zich terughoudend op. ‘Natuurlijk gaan we met IPO en UvW in gesprek, maar iedereen heeft zo zijn eigen punten die hij geregeld wil zien. We gaan niet alles op een stapel gooien. Daarvoor zijn de belangen voor gemeenten te groot. Met alle respect, maar als je het over de budgetten hebt, dan gaat het bij ons over aanzienlijk groter bier dan bij IPO en de Unie van Waterschappen.’
Dit artikel is geschreven samen met Rianne Waterval. Verschenen in PM, 5 november 2010