Jacques Wallage: lang leve de ambtenaar!

In 2005 schreef Jacques Wallage het essay ‘Lang leve de ambtenaar!’, een pleidooi voor de herwaardering van de publieke zaak. Er is sinds die tijd eigenlijk maar weinig veranderd, constateert de juryvoorzitter van de PM Top 100. ‘De politiek denkt te veel in volume in plaats van in kwaliteit.’

Daags na het juryberaad dat half september plaatsvond op de bovenste etage van het ministerie van BZK is Jacques Wallage, voorzitter van de Raad voor het openbaar bestuur, opnieuw op de Turfmarkt in Den Haag. Terwijl hij richting het departement loopt, spreken we hem telefonisch over het aanzien van de ambtenarij, bijna tien jaar na verschijnen van zijn essay Lang leve de ambtenaar!

Wat heeft uw essay destijds opgeleverd?
‘Veel mensen in de publieke dienst waren blij met het signaal, in die zin heeft het een bescheiden rol gespeeld. Het is natuurlijk een geluid tegen de stroom in, en dat is het nog steeds.’

Is het imago van de overheid nog steeds zo slecht als toen?
‘Ik zou het essay zo opnieuw kunnen schrijven.’

Wat is de belangrijkste oorzaak dat de ambtenarij zo’n slechte naam heeft?
‘Dat komt vooral door politici, degenen die verantwoordelijk zijn voor de publieke dienst. De politiek denkt te veel in volume in plaats van in kwaliteit. Er moet natuurlijk bezuinigd worden, dat zie ik ook wel, maar er wordt volstrekt onvoldoende onderscheid gemaakt tussen de inzet, kwaliteit en betrokkenheid van mensen die voor de overheid werken en de politiek boekhoudkundige beslissingen dat het met minder moet.’

Hoe kunnen we dit oplossen?
‘We zitten nu in een fase dat we niet in de eerste plaats moeten kijken naar een kleinere overheid, maar naar de vraag hoe het anders moet. Er zijn nieuwe verhoudingen ontstaan tussen de burger en de overheid. We leven in een horizontale wereld met de publieke ruimte die daarbij hoort, dat geeft een enorme dynamiek. We kunnen overal werken, thuis, in het café, het park. De iPad maakt dat internet een soort gezamenlijke werktafel is. Dat strookt niet met de verticale organisatie die de overheid nog steeds is. Ik kijk op dit moment tegen die enorme toren van BZK aan. Hierbinnen wordt een werkelijkheid gecreëerd die op zichzelf staat. Die wereld wordt uitgedaagd door de dynamiek van buiten, waar in hoog tempo veranderingen plaatsvinden.’

Dat is de analyse, maar hoe lossen we het op?
‘De overheid moet investeren in de processen in de samenleving. Ze moet op zoek naar de problemen, waar bevinden die zich precies? Als je dat goed doet, dan zie je dat de overheid maar een beperkte rol vervult.’

En dus kunnen we met minder ambtenaren af.
‘Het kan wellicht met minder, ik ben ook niet per se tegenstander van bezuinigingen op het ambtelijk apparaat. Maar dat vraagstuk is niet interessant. Het gaat erom wat de rol van de ambtenaar is in een wereld waarin burgers veel zelf kunnen en autonoom zijn.’

Kunt u die rol schetsen?
‘Kijk naar de winnaar van de verkiezing van de PM Top 100. Sjors van Duren is echt niet achter zijn bureau blijven zitten toen hij die fietstunnel realiseerde! Hij heeft heel goed doorgehad dat je als ambtenaar de verbinding moet leggen om in de samenleving bepaalde doelen tot stand te brengen. De reflex van een grote ambtelijke organisatie is om iets in een nota of een wetsvoorstel vast te leggen, de werkelijkheid stolt dan in papier. Dat doorbreek je alleen maar door met hartstocht bond­genoten te zoeken. Dat vergt een ander soort ambtenaar, maar ook een andere bestuurder. Die moet beseffen dat hij bijna niets alleen kan regelen – behalve het heffen van belastingen – en dat de overheid vooral maatschappelijke partners nodig heeft. Het gaat om het verschil tussen een bolwerk en een netwerk, dat laatste is steeds belangrijker aan het worden.’

Verschenen in PM, 9 oktober 2014

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s